Krentenbaard, ook bekend als impetigo, is een veel voorkomende bacteriële huidinfectie die voornamelijk kinderen treft. Het wordt veroorzaakt door de Staphylococcus aureus bacterie, maar het kan ook veroorzaakt worden door groep-A-streptokokken. Ook bij volwassenen komt krentenbaard voor, maar veel minder vaak. Krentenbaard uit zich meestal in het gezicht rond de neus en de mond, maar het kan ook op andere plekken op het lichaam voorkomen. Een van de belangrijkste kenmerken van krentenbaard is dat het zeer besmettelijk is. De infectie kan worden overgedragen door direct contact met de blaasjes of korstjes, maar ook via gedeelde handdoeken, kleding, beddengoed of speelgoed. Het is daarom essentieel om de juiste maatregelen te nemen om verspreiding van de infectie te voorkomen. Hoe ontstaat krentenbaard? Wat zijn de symptomen? En hoe kom je van krentenbaard af? Je leest het in de onderstaande blog.

Wat veroorzaakt krentenbaard?

Krentenbaard ontstaat vaak wanneer je kind verkouden is. De huid krijgt kleine wondjes door het snuiten van de neus of het krabben aan de huid daaromheen. Door de verkoudheid kunnen bacteriën uit de neus zich makkelijk in wondjes nestelen rond de mond of bij de neus. Daar veroorzaken ze een infectie die we krentenbaard noemen. Nadat je besmet bent, duurt het ongeveer 4 tot 14 dagen voordat de krentenbaard zichtbaar is. De uiterlijke kenmerken zijn rode bultjes en blaasjes rondom de neus en mond, die flink kunnen jeuken of pijnlijk zijn. Wanneer deze blaasjes open gaan, door bijvoorbeeld krabben, kunnen er vochtige plekjes en geelbruine korstjes ontstaan. In sommige gevallen begint de krentenbaard op een plek waar de huid al beschadigd is, bijvoorbeeld door waterpokken, eczeem of schaafwonden.

Bekijk al onze producten voor kinderen:

Wat zijn de symptomen van krentenbaard?

Krentenbaard kan je herkennen aan verschillende symptomen. We hebben de belangrijkste hieronder op een rijtje gezet.

  • Rode plekken of bultjes op de huid
  • Blaasjes gevuld met gelig vocht
  • Korstjes
  • Jeuk
  • Mogelijk uitbreiding van de plekjes

Krentenbaard kind: wat te doen?

Krentenbaard is erg besmettelijk en daarom is het belangrijk dat je kind de jeukende of pijnlijke plekjes zo min mogelijk aanraakt. Het is verstandig om de nageltjes kort te knippen met een nagelschaar of nagelknipper en de handjes goed schoon te houden om zo bacterieverspreiding te voorkomen. Is je kind nog heel klein en krabt het zichzelf steeds? Dan kunnen zachte wantjes om de handjes verergering van krentenbaard voorkomen. Het is van belang om extra aandacht te besteden aan hygiëne. Gebruik na het wassen van je kind elke keer een nieuwe handdoek en zorg ervoor dat zijn of haar handjes goed schoon zijn. Eventueel kun je voorwerpen die je kind vaak aanraakt één keer per dag schoonmaken. Vergeet ook niet om mensen in jouw omgeving te informeren, zoals de school of de crèche. 

Hoe kom je van krentenbaard af?

Bij beginnende krentenbaard kan je zinkzalf op de plekjes smeren. Dit werkt tegen de eventuele jeuk en het helpt om de blaasjes te laten indrogen. Ook helpt het om verdere verspreiding tegen te gaan, maar het werkt echter niet tegen de bacterie. Krentenbaard gaat meestal vanzelf over. Als de krentenbaard erger is, schrijft de huisarts een antibioticumcrème voor zodat de plekjes sneller genezen. In sommige gevallen wordt een antibioticumkuur voorgeschreven.

Voorbeelden van zinkzalf producten:

*De producten zijn geneesmiddelen, dus lees voor gebruik altijd de bijsluiter.

Krentenbaard kind besmettelijk?

Krentenbaard is een bacteriële infectie en het is zeer besmettelijk onder kinderen. Op school of op het kinderdagverblijf ontstaan er in het voorjaar of de zomer soms kleine epidemieën met krentenbaard. Het kan gemakkelijk worden overgedragen via direct huid-op-huid contact, bijvoorbeeld wanneer kinderen met elkaar spelen of knuffelen. Daarnaast kan het ook worden verspreid via besmette voorwerpen, zoals kleding of speelgoed. Het is verstandig om kinderen met krentenbaard uit de buurt te houden van andere kinderen om besmetting te voorkomen. Daarnaast is het altijd goed om een arts te raadplegen.